Er zijn van die momenten in het leven, die de dag een gouden randje geven. Deze zijn niet te stelen, of met een ander te delen.
Hoogste tijd , op deze maandag, de bevoorrading weer op peil te brengen. Dus gaat het, na een heerlijk ontbijt buiten, richting Geesthacht aan de overkant van de Elbe. Een ritje van 7.5 km, zegt de ‘navi’. Het is toch wel opmerkelijk hoe vaak ik gebruik maak van de navigatie op de telefoon. Terwijl we de brug vanuit Stove gewoon kunnen zien, blijkt het toch nog ruim 4 km fietsen te zijn en dan maak je jezelf toch een beetje ongerust, temeer daar we plotseling niet verder langs de Elbe kunnen fietsen en door een dorp genaamd Schwinde komen. “Is het nog Ver Schwinde?” Mijn hemel, ik raak in vorm, want even later komen we langs een kraampje langs de weg, die nu zijn waren “zonder” aanbieding verkoopt. Als Ali dit niet gelooft, wijs ik haar op het grote bord, wat langs de weg staat met daar duidelijk op geschreven “Sonder Angebot”. Als er even verderop ook nog eens een “vreemde” kamer wordt aangeboden, weet ik het zeker. De handelsgeest in het dorp Schwinde is ver te zoeken. Gelukkig kan ik Ali op de terugweg op het bord wijzen, waar toch duidelijk “Fremden Zimmer” op staat vermeld.
Onder de brug ziet de Elbe er maar ernstig onstuimig uit en om de paaiende vissen ook een mogelijkheid te geven om tegen de sterke stroom in te zwemmen,
hebben ze hiervoor een speciale omweg gemaakt. In gedachten zie ik de Forel, al grote sprongen makend, de stroomversnelling opzwemmen.
Al in diverse steden van Europa dreigen bruggen te bezwijken onder de grote aantallen slotjes, die door geliefden aan de brug worden gehangen. Het gaat zelfs zo ver dat er steden zijn die het verbieden, of de slotjes naar een andere plaats hebben verhuisd. Ik weet niet of iedereen het fenomeen kent van de slotjes? Geliefden laten hun initialen in een slotje graveren, dan hangen ze dit slotje gezamenlijk aan een brug en smijten het sleuteltje in het water. Hiermee bezegelen ze hun onverbrekelijke liefde voor elkaar.
Ik kom op deze brug over de Elbe een slotje tegen dat door een wel heel voorzichtige jongeman of jonge vrouw of gezamenlijk is opgehangen. Het slotje hangt aan een fragiel uitziend kettinkje, zo van, mocht het eventueel mis gaan tussen ons, halen we toch gewoon het slotje weer van de brug? Dit noem ik liefde waarbij je niet te hard van stapel loopt. Aan de roest te zien zijn ze nog steeds bij elkaar. En anders valt het slotje sowieso binnenkort wel in het water.
Een ‘verstandige’ liefde.