We hebben het op de Esbjerg camping niet naar onze zin en besluiten om een andere plek te zoeken. Nou mag dat zoeken geen naam hebben want Ali heeft al iets voorbereid. Het wordt een camping 40 km noordelijker aan het Ringkøbing Fjord.
Onderweg is het weer genieten van het lieflijk glooiende landschap met veel bloeiende brem. En nogmaals, de wegen zijn hier voortreffelijk. Zelfs op “gele en witte”weggetjes, waar je niet harder kan en mag zweef je door de wereld. Niks keiharde knallen van diepe kuilen van slecht aan elkaar gelaste stukken asfalt. Als er gerepareerd is, zijn het lange stroken waarbij je geen aanzetting voelt. Daarentegen hebben ze in de dorpen van die mooie bulten gemaakt en is het zaak daar heeeeeel rustig overheen te rijden, anders zitten de boeken en kaarten tegen het plafond geplakt. Maar deze bulten worden met grote borden aangegeven.
Bork Havn doet stukken vriendelijk aan dan Esbjerg, misschien mede doordat de wind is gaan liggen en het niet zo snijdend koud is.
Bork is een vissersdorp en nu een toeristische badplaats aan de zuidkant van het Ringkøbing Fjord. Het ligt tussen Tarm en Noord Nebel in de Ringkøbing-Skjern gemeente. Bork werd in 1933 opgericht door Bork Vissers. De haven bestaat uit een jachthaven met ruimte voor ongeveer 290 jachten, een vissershaven en een haven voor woonboten. De haven is het best bekend door het sinds 1979 gehouden Bork muziekfestival, dat elk jaar wordt gehouden. Er is een kostschool en er zijn lessen in wind- en kitesurfen. In de omgeving is ook Bork Viking Harbour, dat deel uitmaakt van Ringkøbing-Skjern Museum, maar daarover allemaal later.
Als we door het haventje wandelen ontdekken we allerlei winkeltjes, die vooral op het watergebeuren zijn gericht.
Als we even aan de waterkant in het gras gaan zitten ontspint zich een lieflijk tafereel voor onze ogen. Een jongeman probeert indruk te maken op zijn nieuwe verovering door allerlei stoere verhalen te vertellen over zijn plannen voor de toekomst. Ze slepen samen 2 kano’s naar het water, waar al een tijdje een hond geduldig ligt te wachten. Het meisje vindt het allemaal maar reuze spannend, het is voor haar duidelijk de eerste keer dat ze in een kano stapt. Hij ziet haar onzekerheid, loopt op haar af en begint haar voorzichtig te zoenen. Dan roept hij zijn hond en zet die achter op de kano, stapt er zelf in en peddelt voorzichtig weg. Zij volgt, nog wat onhandig, de twee anderen in de kano. De hond, achter op de kano, laat het allemaal gedwee over zich heenkomen. Wat is er mooier dan prille liefde.
In de haven liggen 9 drijvende woningen en ook daar ontluikt een, niet meer zo prille, liefde.