woensdag 21 oktober 2015

Met de Bus en de Trein

Zeg nou zelf, welk Yuppen-kind gaat tegenwoordig nog met een Bus en/of Trein? Alles gaat tegenwoordig met de auto. Ik moet de ‘modernen’ toch echt een compliment maken. Want tegenwoordig ‘moet’ het kind op judo of op voetbal, op ballet of op musical. Nu spreek ik van of, maar de meeste kids zitten, tegelijkertijd, op meerdere clubs. En ojee, als het kind op een zogenaamde “teamsport”, zoals Voetbal of Hockey zit. Van de ouders wordt dan wel verwacht dat ze, eens in de zoveel weken, “even” gaan rijden. Dit bestaat uit het meenemen van een deel van de club naar “Verweggistan”, want meestal liggen de plaatsen, waar gespeeld wordt, niet naast de deur, “To say the Least”. O ja, mocht je daar niet toe in staat zijn, wordt er van je verwacht dat je de zogenaamde “Bardienst” doet. Dit betekent dat je de gehele zaterdag achter de teek staat en drankjes inschenkt voor de vaders en moeders die bij de thuiswedstrijden komen kijken, naar hun kroost. Kortom, het kind ziet een bus of trein alleen van een afstand.

Mocht ik wel eens jeremiëren over het op de kleinkinderen oppassen, de eerlijkheid gebied mij te zeggen dat voor achtentachtig procent deze taak wordt uitgevoerd door mijn eega Ali. Werkelijk niets is haar te veel om met de kleinkinderen te ondernemen, wat bij mij een enorm respect afdwingt. Je kunt dan je ‘snor’ niet blijven drukken. Zeker als de jongste logé je aanspreekt met de woorden, “Jij gaat nooit mee, als we ergens naartoe gaan.” Let wel, deze aap is 4 jaar en weet kennelijk al ‘hoe de hazen rennen.’ Het plan is om de volgende dag naar Assen te gaan. Want naar Assen betekent, en met de stadsbus en met de trein.

IMG_20151021_104104 (800x600)

De volgende dag zitten we in de bus en hij mag op het “knopje” drukken. Let op de gespannen blik, als hij controleert of het “Stop” lampje wel gaat branden.

IMG_20151021_105218 (800x600)IMG_20151021_105407 (800x600)

In de trein gaat het ‘honderduit’ “Wat is dat, waarom staat dat bord daar, waar blijft de conducteur en waarom rijdt de trein zo hard?”  Het leukste commentaar komt als we eenmaal in Assen rondlopen. “Oma, ik heb last van mijn knieën, kunnen we ergens gaan zitten?” Natuurlijk weet deze meneer dat we dan in een restaurant iets kunnen  bestellen.”

IMG_20151021_112510 (600x800)

“Kiek, veur brune boonn, bid ie niet”, krek as Bartje.

IMG_20151021_115424 (600x800)IMG_20151021_115749 (800x600)

Maar met een enorme mok met chocolademelk met slagroom en een chocolade muffin, gaat ie echt wel door de knieën. En dit bedoel ik letterlijk, want hier gaat hij toch echt door z’n hoeven. Na een tijdje ‘ballenbak’ ziet hij geen kans meer alles te verorberen en zit hij met rode koontjes te wachten tot we naar het speelgoed gaan. 

IMG_20151021_125207 (600x800) IMG_20151021_125218 (600x800)

Vertederend is het om het ‘jong’ door de speelgoedafdeling te zien rondrennen. Van de meest ingewikkelde speelgoed apparaten weet hij de “aanknop” te vinden en na een tijdje staat de hele afdeling te piepen en te kraken en krijg ik, door alle helikopter geluiden, het gevoel dat we in een M.A.S.H. serie zijn terecht gekomen.

“Opa, Opa, kom even” roept kleinzoon herhaalde malen. Als ik dan bij hem kom, wijst hij een apparaat of een auto met bijvoorbeeld een oplegger aan voor rond de 40 euro, met de mededeling, “dit is niet duur, toch?”

Het blijft een Yuppen kind nietwaar?

Beestjes….

Het is Herfstvakantie en dus hebben we, nu we thuis zijn, de kleinkinderen te logeren. Natuurlijk is dat een groot genoegen omdat wij de dames en heren voor een lange periode niet meer hebben “meegemaakt”. Ik weet het, het is een keuze die je maakt, als je besluit voor langere tijd er met je camper op uit te trekken. Tussendoor, zo om de drie maanden, zijn we in Nederland en zien de kids, maar de oppas periodes zijn dan, relatief, kort. Zeker door de kids wordt dit als een gemis beschouwd. Als voorbeeld geef ik hier een gedicht weer, dat één van onze kleindochters voor ons schreef.

IMG-20151020-WA0000

Let wel, deze dame is 9 jaar en dicht er lustig op los. (de spelfouten worden gewijd aan haar zojuist ontdekte dyslexie.)

Afgelopen dagen, tijdens een logeerpartij, hoorde ik een logeetje “piepen” over een beestje op haar kamer. En geloof me, mijn geduld dreigde een beetje op te raken. “Ik word wel een beetje moe van dat gezeur” opperde ik, toen ik  genoeglijk in bed lag en eindelijk “Mijn” televisie programma kon bekijken. Terwijl ik naar de tv lig te kijken ontdek ik een “vliegend” insect.

Ik geloof dat het nu tijd wordt om mijn fobie voor “insecten” te openbaren.

Hoe groot of klein ze ook zijn, welke vorm ze ook hebben, ik roep altijd mijn “redder in nood” erbij. Ik bedenk me hoe ik één en ander, op een acceptabele manier, kan verwoorden. Panisch ben ik, als ik ook maar  het kleinst mogelijke insect ontdek. Denk niet dat ikzelf een dergelijk monster naar het leven sta, nee, dit laat ik over aan mijn Ali. Terwijl ik dit schrijf zie ik, in gedachten, mijn stoere mannelijkheid bij diverse lezers en lezeressen verschrompelen. Mijn fantasie beelden van adorerende lezeressen , die smachtend mijn signeer sessies bezoeken, vaporiseren voor mijn ogen.

Terwijl ik rondkijk ontdek ik steeds meer vliegende monsters. Op dat moment heb ik nog niet gedronken, maar dringt bij mij steeds meer het lied “Beestjes” van Peter Koelewijn bij me op.

weet je wat ik zie als ik gedronken heb
allemaal beestjes
zoveel beestjes om me heen
oh ik weet wel dat ik me nou zelf nep
want er zijn geen beestjes
maar ik zie beestjes om me heen
beestjes beestjes
op mn dekens in mn kussens kijk maar
in mn oren in mn neus en in mn haar
en ze lopen steeds door elkaar
beestjes beestjes
hele legers lopen daar over de grond
kijk ze rukken op langs het plafon
en de kamer draait maar in het rond

Niet één, maar wel 6  “bugs” zie ik door de kamer vliegen en tegen het plafond kruipen. In paniek roep ik Ali.

Mij bekruipt nu de behoefte om hier een prachtig heroïsch verhaal van te maken, maar de werkelijkheid is, dat Ali  een aantal “Lieveheerbeestjes” lieveheersbeestjevangt en geruststellend beweert dat ze “nu werkelijk allemaal verdwenen zijn”.  Vijftien minuten later zie ik wederom een aantal door de kamer rondkruipen en zelfs vliegen. Onze oudste kleindochter meent dat Ali minstens “honderd” heeft gevangen. IK ben bang dat het aantal bij haar is verdubbeld door mijn hysterische reacties.

Mij rest niet anders om nu, onder het genot van een borrel, dit verhaal met U  te delen.

Ik weet dat mijn,”toekomstige” Diëtiste  mij de alcohol gaat verbieden, dus…. 

Proost mensen.

dinsdag 20 oktober 2015

“Camperen” in Dikke Van Dale

Toen ik onderstaand verhaaltje ter ‘redigeren’ voorlegde aan mijn eindredactie, riep deze vol ontsteltenis uit: “Jij hebt boter op je hoofd, want iedere keer als iemand, op radio of televisie, iets zegt, wat in jouw ogen,  ‘verkeerd’ is, schreeuw je moord en brand.” Ik moet toegeven dat taalgebruik bij mij een gevoelige snaar weet te raken. Het “verhaspelen’ van bijvoorbeeld een spreekwoord kan bij bij mij rekenen op forse kritiek. Vooropgesteld dat één en ander gebezigd wordt door iemand die beter zou kunnen, dus moeten, weten. Als iemand mij dan probeert over te halen tot enige clementie met de woorden, “taal is in beweging” ontplof ik bijkans. Het kan natuurlijk niet zo zijn dat wij, de gebruikers van de Nederlandse taal, naar eigen believen onze taal maar kunnen ‘misbruiken’. De verontwaardiging van Ali ligt dan ook in en aan de laatste zin.

Hier mijn gekuiste ‘overwinnings’ verhaaltje.

Sinds jaar en dag gebruik ik, ook in de Titel, het woord “Camperen” en diverse keren ben ik, door zogenaamde “Nederlandse Taal Puriteinen” gewezen op het feit dat dit woord helemaal niet bestaat. Maar de lezers van deze blog wisten allang wat camperen is en of betekent.

Maar nu is het officieel vastgelegd: het woord camperen is opgenomen in de nieuwste editie van de Dikke Van Dale, die sinds een tijd in de boekhandel ligt.

De NKC (Nederlandse Kampeerauto Club) had vorige zomer de redactie van het woordenboek gevraagd deze woorden op te nemen in de nieuwste editie. Camperen en camperaar zijn twee van de in totaal 18 duizend nieuwe woorden die in de nieuwste editie te vinden zijn. Om opgenomen te worden in hét naslagwerk van de Nederlandse taal, moeten de woorden niet alleen in een bepaald vakgebied worden gebruikt, maar ook daarbuiten. Bovendien kijkt de redactie van Van Dale Uitgevers hoe een woord zich in de periode van drie jaar ontwikkelt en hoe vaak het wordt gebruikt. Met enige trots meld ik dan ook dat ik het woord “Camperen” vanaf 2007, zeker tijdens onze reizen, dagelijks heb gebezigd, hoewel de vervoegingen regelmatig door mijn eindredactie zijn geschrapt.
Volgens deze zelfde criteria zijn er in de nieuwste editie 2.400 woorden gesneuveld. De nu verschenen Dikke Van Dale is met 4.880 pagina’s de dikste editie die er sinds de eerste van 1864 is verschenen.

Bij deze een heel lange neus naar alle Puriteinen, taal is niet statisch, taal is in beweging.

maandag 19 oktober 2015

Een “simpel” ei

IMG_20151016_132001 (600x800)Mijn schrijvers discipline is, nu we weer thuis zijn, volledig naar de “barrebiesjes”. Terwijl we op reis zijn kan ik, bij voorbaat, al genieten van, of is het op, het vooruitzicht van het schrijven van dit soort stukjes. Maar ja, wat maak je nu eigenlijk mee, als je thuis bent? Wat prijs ik mezelf dan ook gelukkig als ik weer eens een ‘kleine’ ergernis bij mezelf ontdek.

Voor de zoveelste keer loop ik door de AH bij ons in de buurt en voor de zoveelste keer sta ik verbijsterd voor het schap met de eieren. Mocht je nog geen doctorsgraad in de ‘eikunde’ hebben, dan wordt dat hoog tijd. De keuzes waarvoor je gesteld wordt, als je hebt besloten om jezelf morgenochtend op een ontbijtje met een eitje te trakteren, dan ben je nog niet jarig.

Ga er maar eens rustig voor zitten, want je hebt eieren in diverse soorten, zoals het Scharrel –,  Biologisch –, Grote Polder -, Kwetters Kakelgoud –, Dubbeldooier -, Vrije Uitloop –, Rondeel -, Omega 3 -, en het Boed Maïskip ei, en dit in diverse maten. Voor het gemak en leesgenot vergeet ik maar even de verschillende varianten van bijvoorbeeld de Uitloop eieren, want daar heb je nog weer verschillen in. Ook de Kwetters Kakelgoud eieren heb je ook nog in de 4 granen variant. Bent U er nog? Zegge en schrijve zijn er, alleen al bij de AH, achttien (18) verschillende keuzes mogelijk. Want maak je dan de keus “meest diervriendelijk ei” of “het voordeligste ei?”

Lang geleden vertelde mij eens iemand, die winkelschappen indeelde, dat de goedkoopste keuze meestal datgene is, die het laagst bij de grond staat. Maar met het eierschap van de AH is dat niet het geval, want alles staat doorelkaar. Hoewel dit laatste weer door Ali wordt tegengesproken, omdat er verschillende aantallen in de doosjes zitten. Maar goed, ik duw de kar en meer niet.

Gelukkig is er het, door de Dierenbescherming in het leven geroepen, “Beter Leven” keurmerk. Dat beoordeelt het leven van de kip en maakt het u zodoende makkelijker om een bewuste keuze te maken.

Ook blijkt  'Brussel' en 'Den Haag' precies bepaald te hebben hoe het leven van een moederkip van een “scharrelei” eruit moet zien, namelijk als volgt. De kippen kunnen dagelijks naar buiten om te kunnen scharrelen op een oppervlak van minimaal 2,5 vierkante meter per kip. Zo kunnen ze hun natuurlijke (soorteigen) gedrag vertonen. Ze hebben permanent een overdekte uitloop ter beschikking. De legkippen beschikken over extra schuilmogelijkheden in de uitloopruimte, zoals bosschages. Zo kan de kip zich natuurlijk gedragen. Strobalen, strooien van extra granen en kiezelsteentjes zorgen voor extra afleiding. En aan schuurstenen kunnen ze hun snavels en nagels scherpen.

Maar als ik, nieuwsgierig geworden naar de achtergrond van dit “Keurmerk”, wat verder op het Internet rondneus, komt ik nog veel meer

keurmerken tegen. Naast beter leven kenmerk zien we het “Milieukeur Ei” milieukeurdie het “Rondeelei” als het eerste dierlijke product zien, dat een optimaal dierenwelzijn behaalt gecombineerd met het milieukeur.

Ook Wakker Dier is enthousiast over het Rondeelei;

wakker dier

Ondanks dat deze eieren net als scharreleieren code 2 dragen, komen de kippen toch buiten.  Het welzijn van deze kippen wordt door de Dierenbescherming beloond met 3 Beter Leven sterren.” Aldus wakker dier.

Waar wakker dierzich van harte bij aansluit. ‘Rondeel eieren, duurzaam én diervriendelijk’ .

Terwijl ik zo aan het tikken ben, realiseer ik me dat de aanvankelijke “trigger”, de ‘ergernis’, om dit verhaaltje op te schrijven compleet een andere wending neemt. Het schap van de AH, waar het bijna onmogelijk bleek een goede keus voor mijn ochtend eitje te maken, heeft mij op het spoor gezet van het ‘Rondeel ei’.

Ik laat met liefde het aan een derde over om alle ‘andere’ ei producten onder de loep te nemen. Want om eerlijk te zijn lijkt mij bijvoorbeeld het “Kwetters Kakelgoud” ei ook wel intrigerend om uit te zoeken. Of wat te denken van “Boed Mais Kip ei?” Probeer het maar eens op te zoeken……

O ja, het woord Rondeel komt van “half rond bolwerk of vesting” Bolwerk_rondeel_bastei 

Pik je toch zo even mee, nietwaar?

maandag 12 oktober 2015

Familiedag

“De familie Minnema moet even blijven zitten, want daar komt een aparte rondleider voor” roept de vrijwilliger van het “Wouda gemaal” in Lemmer, nadat we de 3D film hebben bekeken. Deze film, die het opstarten van het Wouda Stoom gemaal moet uitbeelden, moet welhaast de meest slecht geacteerde film zijn die ooit is gemaakt.

Vandaag is onze jaarlijkse “de Visser” familiedag, ooit in het leven geroepen doordat 2 doortastende dames dit nodig achten. Nodig omdat je elkander, als familie, niet anders ontmoet dan bij geboortes en of begrafenissen.

Ja, ja,  ik begrijp de de verwarring, beste lezers en lezeressen. Familie Minnema?. Terwijl het om de een familiedag van “De Visser” gaat? Jazeker, ook ik steigerde, toen de vrijwilliger deze tekst bezigde en kon het, weer niet, laten daar een opmerking over te maken. Is het de trots, die ik voel, over de naam “De Visser”, of is het een frustratie uit vroeger dagen? Ik herinner me nog de tijd dat ik, als jongetje, absoluut niet reageerde als mijn naam werd afgeroepen, “Herman Visser?”. Hoe vaak dit ook werd herhaald, hoe hard ik ook door mijn klasgenoten in mijn zij werd gepord, ik reageerde niet. Om, uiteindelijk, te reageren  met, “het is DE Visser”. Maar genoeg hierover.

Het is weer een hartelijk weerzien in het clubhuis van de  BV Sneeker jachthaven, waar we, naast de koffie en broodje, weer even kunnen bijkletsen. Deze dag wordt verzorgd door Jan, Brigitte/Anton en Bianca/Jacco, waarvan de laatste het bezoek aan “Het Gemaal” heeft geregeld. Vandaar de bovenstaande naamsverwarring. Om één uur gaat het richting Lemmer, via Hommerts/Jutryp. Toch altijd weer bijzonder om door het Friese land te rijden. Bijna overal liggen wel een aantal herinneringen opgeslagen.

IMG_20151011_134502 (800x600)

Het gemaal is sinds 1947 vernoemd naar ir. D.F. Wouda, hoofdingenieur van de Provinciale Waterstaat van Friesland. Hij ontwierp het in 1917-'18 gebouwde pand in een traditionele stijl met invloeden van het rationalisme, tenminste, zo noemt onze rondleider deze stijl. Kennelijk wordt hiermee bedoeld dat het verschoont is van iedere irrationele smaak, oftewel opsmuk. Wat me ook nog eens verbaast is dat het kennelijk 30 jaar heeft moeten duren voordat Wouda de credits voor dit bouwwerk heeft gekregen.

IMG_20151011_150333 (800x600)IMG_20151011_150806 (600x800)

Het gemaal werd op 7 oktober 1920 geopend door koningin Wilhelmina. In 1955 werden de zes kolengestookte stoomketels vervangen door vier nieuwe ketels die in 1967 voor oliestook werden omgebouwd. Tot 1966 werd het gemaal gebruikt om het boezempeil van Friesland te verlagen. In dat jaar werd het J.L. Hooglandgemaal in Stavoren opgeleverd, sindsdien wordt het Ir. D.F. Wouda-gemaal nog slechts enkele dagen per jaar ingezet. Door onder andere de klimaatverandering is de inzet van het gemaal bij langdurige en hevige regenval echter van groot belang voor het handhaven van het peil van de Friese boezem.

Het gemaal is inmiddels opgenomen in de UNESCO lijst, als grootste nog werkende stoomgemaal van de wereld. Maar of het nu een museum is, of een essentieel onderdeel voor het Noorden om droge voeten te houden, is mij nog steeds onduidelijk.  Over een paar jaar bestaat dit gemaal 200 jaar en nog steeds zou het een belangrijk deel uit kunnen maken van en voor onze veiligheid.

IMG_20151011_152018 (800x600)IMG_20151011_152121 (600x800)

Minstens zo indrukwekkend is de onbevangenheid van onze jongste deelnemer aan deze rondleiding. Met volle overgave staat hij te luisteren naar de uitleg over zaken die voor ons volwassenen maar moeilijk te begrijpen zijn, laat staan voor zijn onbevangen brein. Want zeg nou zelf, dat dit gemaal in 2 dagen het gehele Sneekermeer kan leegpompen, is lastig te bevatten.

Olie

Gelukkig zijn er voldoende zaken, die wel te bevatten zijn, zoals de diverse smeermiddelen om de zaak draaiende te houden. Alsof ze staan te wachten om door een kunstschilder vastgelegd te worden, zoals ze gerangschikt zijn. Ik merk dat sommige familieleden zo langzamerhand diezelfde behoefte hebben de zaak draaiende te houden. “Laten we ons richten op zaken waar we ‘echt’ goed in zijn” is een tekst die ik voorbij hoor komen. Waar we echt goed in zijn is “sûpe” en slap “ouwehoere”. Ja, “su kenne dr’wat met, die Sneekers”.

IMG_20151011_153841 (800x600)

Met nog een laatste blik op de baai van Lemmer, gaat het weer richting Sneek. Een biertje bij een heerlijke Chinese maaltijd blijkt een beproefde en goede afsluiting van weer een geslaagde dag te zijn.

Tot volgend jaar! “Dan sien we jimme weer”.

maandag 5 oktober 2015

Geen man over boord…..

De afspraak staat in het weekeinde van 2 tot en met 4 oktober gaan we, met 4 mannen, zeezeilen op de nieuwe Hutting van Paul. Nieuwsgierig ben ik vooral naar dit zeewaardige zeiljacht van 40 voet. De weers vooruitzichten zijn ons goed gezind, want het belooft een mooi weekeinde te worden.

Donderdagavond willen we aan boord gaan en word ik opgehaald door Paul, die reeds Henk heeft opgepikt. Om negen uur rijden we het terrein van de Huttingwerf op, waar Bert al op ons staat te wachten. De bagage gaat aan boord en daarmee word ik al gelijk geconfronteerd met mijn onwillige knie. Mede door de gastvrijheid van de schipper en onder het genot van de borrel raakt dat al snel op de achtergrond en overwint de “Laat de wilde zeeën nu maar komen” gedachte. Met een goed gevoel kruip ik mijn (privé) kooi in.

Het tij is ons goed gezind, tenminste vanuit een inmiddels tot landrot gedegradeerde gelegenheidszeiler bekeken, dus kunnen we vrijdagochtend nog “even”, alvorens we van wal steken, naar en door  Makkum wandelen. Het is alsof dit gezelschap al maanden met elkaar onderweg is, zo functioneert het met elkaar en ik moet eerlijkheidshalve bekennen dat dit mijn zelfvertrouwen een oppepper geeft.

 IMG-20151002-WA0002

Eenmaal onderweg maakt Bert een briljante foto. Hiermee schetst hij, in ieder geval voor mij, het perfecte plaatje van de situatie aan boord tijdens deze tocht. Hier overlegt namelijk de “schipper” met de “stuurman” met op de de achtergrond Uw scribent, terwijl de “fotograaf” op de achterplecht  geniet van het prachtige uitzicht. Hiermee staat niets een relaxte cruise meer in de weg. Als hij even later mij die foto wil WhatsAppen, heeft hij een kleine bijscholing nodig, want let wel, de één werkt aan boord met een nieuw Apple Macbook, terwijl de ander een Nokia telefoon uit uit 1980 gebruikt en alles wat daar tussenin ligt.

Vlieland is het eerste doel, terwijl daarna en afhankelijk van de wind, het ronden van Texel of Terschelling in de planning zit. Een prachtige tocht naar Vlieland ligt voor de boeg. Voor één schipper, in de sluis, lijkt de lol er snel vanaf te zijn. Na een hoop gemanoeuvreer komt hij werkelijk dwars in de sluis te liggen. Zijn schip is 25 cm korter, dan de sluis breed is, maar ondanks dat probeert hij de zaak te redden. Zijn “preekstoel” moet het herhaalde malen ontgelden als hij met ‘barstend’ geweld probeert weer recht te komen.

IMG_20151003_183657 (800x600) De avond is betoverend mooi, vanuit de kuip van de Brandean.

De zaterdag brengt ons een windverwachting die niets aan duidelijkheid te wensen overlaat en het verdict luidt  dan ook “We blijven op Vlieland”. Dus huren  we een fiets. Om de verhoudingen even te verduidelijken, ik ben de enige die voor een elektrische fiets kiest. Nu is Vlieland, van alle Nederlandse Wadden­ eilanden, het verst verwijderd van het vasteland. Wellicht verklaart dat de rust op het eiland. Nergens anders kun je zo ongestoord fietsen, door de duinen en de polders en door het uitge­strekte bos. Henk leidt ons, via een prachtige tocht, naar de kazerne op de Vliehors. Hier maken we een wandeling over het strand, richting het schietterrein.

IMG_20151003_125751 (800x600)

IMG_20151003_124032 (800x600)

Op het strand ontdek ik een, voor mij, nieuw fenomeen. Er staan letters in het zand geschreven, die in een lang lint een compleet gedicht vormen.

 IMG_20151003_131951 (800x600)

Het schijnt dan de banden van de Vliehorst Expres deze indrukken veroorzaken en even later krijgen we het onomstotelijke bewijs. Bij het Posthuys drinken we een kop cappuccino met appelgebak, natuurlijk gelardeerd met een Cranberry saus. Als we nog maar nauwelijks ons kopje hebben neergezet, komt een jonge knaap alles opruimen en dat terwijl Paul ternauwernood de rest van zijn cappuccino uit de opruimende handen van de bediende  kan redden. “We kunnen nog wel even blijven zitten toch?” vraag ik aan de jongen, “Meneer is nog even bezig”, op Paul wijzend. De afhaal knaap heeft absoluut niet in de gaten hoe ongastvrij hij bezig is. Tja, aan goed personeel is moeilijk te komen, heden ten dage.

IMG_20151003_151314 (800x600) IMG_20151003_153328 (600x800)

IMG_20151003_152841 (800x600)

Natuurlijk moeten we de klimtocht naar de vuurtoren maken, om van het adembenemende uitzicht te genieten, of het is de de inspannende klim die mij de adem beneemt.

s 'Avonds laten wij ons het diner in “De Dining” heerlijk smaken, hoewel er nu nog steeds iemand met een extra portie patat door het restaurant aan het ronddwalen is, op zoek naar de 4 mannen die dit hebben besteld.

IMG_20151003_221300 (600x800) Gelukkig kan ik de weg over de steiger, dankzij de blauwe ledjes, uitstekend terugvinden.

Route

De volgende ochtend beginnen we aan de terugtocht en dit wordt een heerlijk zeiltocht. Ter hoogte van Harlingen worden de zeilen opgedoekt omdat de wind en stroming “tegen staan”.

Mist 2

Halverwege de “Boontjes” wordt de wereld wel heel erg klein en kunnen we spreken van een “”Lytse wrald” (kleine wereld). Gelukkig kan de stuurman zich verlaten op de Plotter, om de juiste koers aan te houden.

IMG_20151004_154417 (800x600)

“Den Oever” is dicht, dus wordt het een enorme drukte in de kom van Kornwerderzand. Door de mist draait ook hier de brug niet. Na een uur, als de mist even optrekt, gaat de brug even draaien en trekt een ware Armada richting de sluis. Halverwege de colonne schepen gaat de brug weer dicht en belanden we 500 meter verderop weer aan het remmingswerk.

IMG_20151004_170319 (800x600) Op de plotter ziet de Armada er als volgt uit. Let op de vele rode tracks die de vele schepen trekken.

Als je zo ligt te wachten op iets waarvan je niet weet wanneer daar een eind aan komt, raak je snel aan de praat met je ‘tijdelijke buren’. Tot twee maal toe worden we uitgenodigd voor een borrel bij een stel toekomstige “wereldreizigers” de zogenaamde “vertrekkers”. Jammer dat de borrel in Stavoren geschonken wordt.

Maar dan eindelijk mogen we door de brug en in de sluis.

Een prachtig weekeinde waarvoor  ik nog een paar dagen nodig heb om te verwerken.