Het is een gekke dag. Al een paar weken, als voorbereiding op ons vertrek naar hier, halen we weer wat herinneringen naar boven. Als allereerste ontmoeten wij toen een man, die zeer behulpzaam was bij het uitvinden van allerlei zaken. Maar nu hebben we hem al een paar jaar hier niet gezien, maar kunnen maar niet op zijn naam komen. Vanmiddag dartelt Ali weer over de camping, wanneer plotseling een man op haar afstuift. Hij is haar naam vergeten, maar de hernieuwde ontmoeting is allerhartelijkst. Ze blijft dan ook uren weg, totdat ik mij begin af te vragen waar ze blijft. Als ze terug komt krijg ik als raadsel: "Nu weet je nooit wie ik tegen kwam." Nu is een naam raden, die je al een tijdje kwijt bent sowieso lastig, maar deze raad ik nooit. De grap is, Ali weet de naam ook "nog" niet. Die mag ik gaan vragen. Als ik er naar toe wandel, hoor ik al een kreet van herkenning. "Herman!" hoor ik roepen en dan zie ik hem ook opduiken vanuit een groepje. Als eerste vraag ik zijn naam, "die zijn we vergeten" Volker, Herman, Volker" en het ijs is weer helemaal gebroken en de verhalen van een paar jaar komen op tafel. Nu en voor het eerst ontmoet ik ook zijn vrouw Beate, waarover ik jarenlang verhalen heb gehoord. Tsjonge, wat kan het leven toch leuk zijn als je oude vrienden ontmoet. (Sorry, een heel verhaal, maar moest het even kwijt.)
Het schijnt de laatste dag te zijn dat het weer nog een beetje aantrekkelijk is, want na vandaag zou het modder gaan regenen. Dat laatste heeft ermee te maken dat er Sahara zand over ons heen waait en dat in combinatie met regen schijnt modder op te leveren.