zondag 4 februari 2024

Benicassim 14

Wij worden vandaag, in alle vroegte, opmerkzaam gemaakt op deze bijzondere dag, door enorme knallen van een kanon.

Op de eerste zondag in februari, de dag van Sint-Águeda, wordt de bedevaart gemaakt naar de kapel, die de naam van de patroonheilige draagt. Dit om te herinneren dat het op die plaats was waar de bevolking van Benicassim het Bevolkingshandvest ontvingen.

De evenementen beginnen met een mis in de kerk van Santo Tomás. Na het uitdelen van herdenkingszakdoeken, zie boven, onder alle aanwezigen begint de pelgrimstocht naar Santa Águeda.


De jeugd is sterk vertegenwoordigd. Het knaapje rechts vooraan komt werkelijk op het laatste moment, de slaap nog uit zijn ogen wrijvend, bij de kerk aan. Zij zijn het ook, die de sjaaltjes uitdelen. Sommige mensen zie je ver van tevoren met argusogen rondspieden waar die sjaaltjes blijven.

Als meneer pastoor alle bezoekers van de mis persoonlijk heeft bedankt en ze eindelijk de grote deuren open hebben gekregen, kan de heilige, gedragen door 4 personen, naar buiten worden gemanoeuvreerd. 


Ook de allerkleinsten bereiden zich op eigen wijze voor op de zware tocht door de bergen.

Maar dan is het "eindelijk" zover en kan de Pelgrimage beginnen, naar de hooggelegen kapel.

Als ze de Santa Águeda-straat passeren, worden pelgrims als traditioneel voorzien van een proeverij van muscatel wijn en 'malfeta'-coca (gesuikerde cake).

De tocht wordt begeleid door een stel muzikanten. Hier zijn de trommelaars, maar de klaaglijke tonen van een aantal klarinet spelers blijven nog even achterwege, die zijn nog aan de Muscatel wijn.

Nu wordt de muziek niet door iedereen op prijs gesteld en vindt deze jongeman het maar een hoop lawaai.

Kennelijk drink ik ook teveel Muscatel en/of eet ik teveel Manfeta, want vlak voor de laatste bocht moet ik, wegens hartkloppingen, deze pelgrimstocht opgeven. Inmiddels zitten we al op een aardige hoogte tussen de bergen, want de kapel is boven in de bergen gevestigd. Na een tijdje kan ik wel weer verder, denk ik, maar daar steekt Ali een stokje voor. 

Dus de volle pelgrimage maken we wederom niet mee. De bijna drie kilometer die de stad scheidt van de kapel zullen we niet halen. Zo ook de landelijke mis daar, die om 12.00 uur gevierd wordt, als eerbetoon aan de patroonheilige.

Wij wandelen de 2,5 kilometer weer terug naar het dorp. Onderweg bezoeken we nog even de begraafplaats, maar daarover morgen meer. We nuttigen in het stadje wel een kopje koffie met een tostada.

We laten onze gedachten nog even teruggaan naar de Pelgrimage op de grote berg.