Op het gevaar af dat het als gezeik overkomt: "Wat voor soort griep is dit?" Wij schijnen er allebeide maar niet compleet vanaf te komen. Maar goed, het is ook een beetje klagen met de mond vol brood, of zoals de Spanjaarden zeggen "quejarse con el pan en la boca".
Het is hier (nog) mooi weer mensen, de zon schijnt en in de zon is het lekker toeven. Tussen de voetbalwedstrijden door, ik heb het gevoel dat Ali dit zo ervaart, verzamelen we moed om lekker even naar het strand te wandelen. "We zien wel of we het halen", is het motto.
Wij zijn niet de enigen die ingepakt richting zee wandelen, behalve de toeristen, die meestal in korte broek ronddartelen, "want ja, je bent tenslotte in Spanje". Ook de Spanjaarden dragen hun gewatteerde jasjes.
Druk is het dan ook niet op het strand, al betrappen wij wel een heel stoere kerel die zich van zijn bovenkleding ontdoet en de zee inloopt en een stuk gaat zwemmen. Op ons komt het over als een verlate Nieuwjaarsduik.
Ook hier missen we het krijsen van de halsbandparkieten in de palmbomen, want normaal zitten er hier heel veel.
Het valt mij op dat er weinig mensen op de foto's te zien zijn, terwijl ze er echt wel zijn, want ook de Spanjaarden weten dat dit de komende week de laatste mooie dag is.
Ze hebben hier op de camping ervoor gekozen om langs de chalets of huisjes de afscheiding te maken met de Glansmispel, die langzamerhand helemaal vuurrood aan het worden is.
Ali, die zojuist terugkomt van het douchen, ziet er al net zo rood uit, want ze had de temperatuur van het water hoog staan. "Heerlijk" kraait ze het uit, als ze de camper instapt.