Na een lange “beschuit dag” is het weer redelijk gesteld met de opstand van mijn darmen. Het is woensdag vandaag en dat betekent dat er een markt is. Deze markt is doorgaans rustiger omdat de aangeboden waar beduidend beter is en dus iets duurder. Er gebeurt daar op de markt iets, wat ik nooit voor mogelijk had gehouden. Hoofd inkopen wil een presentje voor één van de kleinkinderen kopen. De marktkoopman noemt een prijs, waarbij mijn inkoopster hem misprijzend aankijkt. Zonder ook maar een tegenbod te doen, draait ze zich om en begint weg te lopen. De marktkoopman begint langzaam in prijs te zakken, totdat er een prijs langskomt die mijn penningmeesteres aanstaat. Ze draait zich langzaam om en zegt “Bien Buena”, pakt haar portemonnee en betaalt hem de laatst genoemde prijs. Niet alleen bij mij, maar ook bij de koopman, bespeur ik enige verbijstering.
Daarna gaat het naar Torre Levante voor de obligate kop koffie, want eerlijk gezegd is de koffie daar het lekkerst.
Ik ontdek een nieuw soort “bermtoerisme” op de boulevard van Benidorm. Deze twee hebben zich langs de kant van de boulevard opgesteld om te genieten van de diversiteit aan passanten en drinken daar gezamenlijk hun meegebrachte kopjes koffie.
De wasbloemen ontwaken uit hun winterslaap om lekker in het zonnetje “mooi staan te wezen”.
Datzelfde geldt voor deze 3 bloempjes, die op een bankje, midden in Benidorm ook mooi zitten te wezen onder hun zojuist aangeschafte parasolletjes. Ik denk dat, in Nederland, ik dit tafereel nooit zou hebben kunnen maken, omdat Nederlandse dames het allang op een lopen zouden hebben gezet. Hier poseren de dames, trots als ze zijn.
Theo komt met voorstel om vanmiddag “bij de Belg” pannenkoeken te gaan eten. Het schijnt daar voortreffelijk te zijn, tenminste, dat heeft hij ons al ettelijke keren gemeld.