Een lange en intensieve dag. Om 9 uur staat de rondleiding bij de opgravingen van Troje op het programma. Deze Griekse Mythologie spreekt nog steeds tot de verbeelding. Maar liefst 2 uur lang worden we op de hoogte gebracht van vondsten en overblijfselen van deze stad. Nu kun je beter spreken over steden, want er staan maar liefst 9 op en om elkaar. Ik zal dan maar zwijgen over de negen andere Trojes die in Turkije zijn. Nu staat wel vast dat 3000 v Christus deze stad al werd bewoond, dus staan we soms te kijken naar een deel van een huis van 5000 jaar oud.
Het “Trojaanse paard” van Troje, iedereen kent dat verhaal en later is die truc zelfs in Nederland een keer herhaald met het “Turfschip van Breda”.
Homerus heeft prachtige verhalen over Troje geschreven die men lange tijd voor verzinsels heeft gehouden. Totdat een Duitse professor Schliemann toestemming vroeg opgravingen te doen. Op het oog lijkt het een grote bult met stenen, maar als de achtergrond er wordt bij verteld gaan zelfs die stenen leven.
Of het komt door passanten als deze, dat de stenen weer tot leven komen. Dit “plaatje” zou zonder problemen de rol van Helena kunnen spelen in 1 van de vele Griekse tragedies.
Na de rondleiding is het wachten op de medereizigers om te kunnen vertrekken. Want wij staan klem achteraan en iedereen moet eerst van het krappe veldje af, voordat wij Überhaupt kunnen inpakken want het zijluik kan niet eens open. Als ik Pieter, die mij de weg blokkeert, vraag hoe laat zij vertrekken, vraagt hij mee te gaan om de ‘alternatieve route’ te rijden. Er wordt besloten helemaal langs de kust te rijden, in plaats van de vierbaans weg te nemen. Normaal rijd je die 120 km in 2 uurtjes, wij zien kans ruim 6 uur onderweg te zijn.
Daar zit wel een rustpauze van een 45 minuten in om een heerlijk visje te eten aan de zee. Het grappige is, de dames krijgen 1 visje, de mannen krijgen er 2 op hun bord geserveerd.
We komen uitzichten tegen waar je U tegen zegt en soms worden we verrast door enorme donderslagen.
Turkse mensen zijn over het algemeen vriendelijk en behulpzaam. Als we op 1 van de uitzichtpunten, ‘in the middle of nowhere’ stoppen en uitstappen, komt er direct een jongetje op een brommer vragen of we ook Shoarma willen. Tenminste dat verstaat Pieter, die dan ook een verhaal “in het Nederlands” begint af te steken en vertelt dat we zojuist heerlijk vis hebben gegeten.
En dat er ook mooie minaretten bestaan, bewijst dit exemplaar.
Verder kruisen ons op deze smalle en kronkelige weggetjes de volgende dieren ons pad. Koeien, Honden, Katten, Schapen, Geiten, Kippen en Ezels. En met die laatste bedoel ik niet de Turken, hoewel ze wel de neiging hebben ietwat roekeloos te rijden.
In het kamp zijn er mensen die zich ongerust hebben gemaakt, want normaal zijn wij 1 van de eersten die aankomen.
Maar we zijn nog net op tijd om te genieten van een prachtige zonsondergang.
Morgen een rustdag in Oren Burhaniye en probeer ik een TurkCel Simcard aan te schaffen.