vrijdag 17 mei 2013

Onderweg 58

Portonovo - Santiago de Compostela

Wakker worden na een heftige nacht en en ik bedoel echt het weer.
Zeer harde wind, de camper staat soms hevig te schudden en de hele nacht een kletterende regen.
Maar als we de gordijnen openen, schijnt het zonnetje weer over de Atlantic.


Tijd om op te stomen naar Santiago de Compostela en natuurlijk vermijden we weer de tolwegen, wat ons dwars door de bergen brengt. Her en der staat de brem nog volop in bloei.

Onderweg begint het weer te regenen en hier en daar is het oppassen voor de scherpe bochten.


 Maar het moet maar weer eens gezegd, de wegen in Spanje zijn werkelijk perfect. Daar waar je iets meer de binnenlanden in komt en het iets slechter wordt, zijn ze er mee bezig om ze te verbeteren.




Het valt ons op dat het vreemd rustig is in de stadjes en dorpen die we passeren en/of binnenrijden. Hier en daar komt het zelfs een beetje spooky over, als we niemand op straat zien. Even later blijkt dat de 17e mei een feestdag voor Galicië is en daardoor iedereen vandaag vrij is.

We zetten de camper op de camping en vertrekken per bus naar het centrum van Santiago de Compostela wat van oudsher een bedevaartsoord is.
Je kunt in de stad dan ook dit soort vreemdsoortige gedrochten door de stad zien dwalen, allemaal op weg naar de Kathedraal van Compostela.

Maar als wij uit de bus stappen komen we een heel ander soort voetgangers tegen, namelijk een manifestatie die oproept om Galicië af te scheiden van Spanje en zelfstandig te worden.
                          "En Galize en galego", staat op het spandoek,
                           wat zoveel betekent "Galicië moet Galicisch"

Het is een massale manifestatie, want als we even later bij de Kathedraal aankomen staan ze aan de zijkant van het grote plein. Het is werkelijk afgeladen met deelnemers aan deze manifestatie voor een afscheiding.

 Maar dan, als we om de manifestatie lopend, op het grote plein komen is daar dan de enige echte Kathedraal van Santiago de Compostela.

Stel je even voor, dat je vanuit Nederland de 2500 km in 3 maanden hebt gelopen en je komt hier op het plein aan en je ziet deze Kathedraal.
Of, als je alleen het Spaanse gedeelte zou lopen is het, vanuit de Pyreneeën, ook altijd nog 800 km en 1 maand lopen, dan nog lijkt me dit overweldigend.

Voor veel mensen is het een droom om dit nog eenmaal in hun leven te doen.
In de kerk kom je dan ook ongelooflijk veel mensen met rugzakken tegen.
Maar ook de gebruikelijk Maria beelden en de beroemde zwarte Madonna.


















Achter in de kerk, achter het altaar, staat een enorm beeld van St. Jacobus.
Voor pelgrims is het een 'must' om de trap te beklimmen en Jacobus te omhelzen, er vormt zich dan ook een lange rij, alvorens je aan dit ritueel kunt meedoen. Een kwartiertje geduld is ook eigenlijk niks op de 3 maanden.

En het mag allemaal wel iets kosten. Dat men tegenwoordig niet meer echte kaarsen in een kerk laat branden, kan ik wel inkomen in verband met de luchtvervuiling en/of de vervuiling van het gebouw. Maar dat het aansteken van een 'elektrisch' kaarsje 3.25 euro moet kosten vind ik ronduit schandalig.


















Wat me opvalt, als we door het stadje wandelen is vaak het volgende tafereel:
- Een stel loopt door het stadje en plotseling wordt er vanuit een restaurant hevig op de ramen gebonsd, na even een moment van herkenning, volgt er een zeer innige begroeting.-

Het kan bijna niet anders dan dat deze mensen elkaar 'onderweg' zijn tegengekomen in b.v. een Hostel. Ze verliezen elkaar uit het oog en komen elkaar weer in Santiago de Compostela weer tegen.

Morgen nog een dagje Santiago.