Naar mijn idee veranderen de plannen voor vandaag een aantal keer, maar dat kan ook liggen aan het feit dat ik niet altijd even goed oplet, of luister. Uiteindelijk gaan we op de fiets naar Oliva en dit in plaats van morgen met het busje. Maar het is frisjes dus kleden we ons goed aan. We zijn halverwege als de zon doorbreekt en het gewoon warm wordt. Zwetend vervolgen we onze weg, zeker als we ook nog een aantal keren misrijden. We willen nog bij de Repsol kijken of er weer gas te krijgen is, want dat was vorige week op.
Op “deze” kant is geen LPG te krijgen, maar als ik oversteek hoor ik dat er weer volop LPG voorhanden is. In Oliva eten we eerst maar eens een heerlijke salade en inktvisringen voor “die mama”. Daarna doen we inkopen bij de Mercadona en pakken de fiets voor de terugtocht.
We passeren een veld vol met prachtige, ja, wat eigenlijk?
Met aan de andere kant een ware woestenij met wuivende pluimen.
Als we terug zijn bij de camper begint het oppakken van allerlei zaken, waar je niet mee kan rijden. De satellietschotel ontkoppeld, de poten worden er onderweg gedraaid enzovoort, als de buurman in paniek aankomt. “Of we weggaan”, vraagt hij met spijt in z’n stem. “Nee, we gaan alleen even Autogas en Diesel tanken”. Opgelucht haalt hij weer adem, want hij vindt het maar wat gezellig, zo naast ons. Heeft ie tenminste wat te “Plaudern, (Sich angenehm und zwanglos mit Jemandem unterhalten)” zegt ie. Vrij vertaald, een beetje slap ouwehoeren gedurende de dag.
Het is maar een klein stukje naar het tankstation en we worden ook nog eens vriendelijk toegezwaaid door verschillende, schaars geklede, dames aan de kant van de weg. De pompbeheerder is uiterst behulpzaam en als hoofd financiĆ«n heeft betaald geef ik hem € 2,- voor de bewezen diensten. “Ha, kan ik weer een kop koffie drinken” roept hij als dank.
Ik rij terug met een gelukkige en tevreden vrouw aan mijn zijde.