Het weer ziet er aantrekkelijk uit, dus stappen we, na het ontbijt en de was, op de fiets richting Oliva. Oliva is een stadje met een krappe 30.000 inwoners. Hoewel het stadje 10 kilometer verderop ligt dan deze camping behoort het hier ook tot Oliva. De fietstocht is een aaneenschakeling van herkenningspunten. Wat bij mijn fietsmaatje juichend de kreet ontlokt, “Zo heerlijk als je alles weer herkent”. Negentig seconden later staan we pardoes in de achtertuin van een omwonende. Hoe we ook draaien keren en denken de goede weg weer terug te kunnen vinden, het blijft een puzzel.
Nu moet mij ook iets van het hart. Een paar dagen geleden meldde ik dat wij regelmatig getrakteerd werden op het één of andere volkslied. Ik meldde toen dat dit, na enig onderzoek, het golf terrein moest zijn.
Ik moet nu eerlijk bekennen dat dit berustte op een Trumperiaans Alternatief Feit. Want wij stuiten in onze (ver)dwaaltocht op een Internationaal Concours Hippique Oliva van 21 t/m 26 februari. Buiten Amerikaanse, Franse en Duitse deelnemers zijn er ook Nederlandse deelnemers in de klasse CS11 en CS13.
Hierboven een Engelse dame in actie op de zogenaamde Dubbele Oxer.
Wat word ik altijd weer blij als ik dames met blauwe lippen en het kippenvel op de benen in hun korte broek zie winkelen. Wat mij iedere keer weer opvalt, is dat bij dit soort dames de veronderstelling leeft, dat je in Spanje luchtig gekleed moet gaan. Of het nu 10 graden is of de dames de 70 jaar hebben bereikt, het is en blijft “vrije tijd” en dat zal iedereen zien ook.
Het meest plezier ik mezelf als ik een volgende tafereel aanschouw. Twee fiets fanaten, dat lees ik af aan hun outfit, welke fel tot lichtgevend geel is, helmen dragend en een strakke korte broek met van die pijpjes, komen aan bij de Aldi. Terwijl wij bij de uitgebreide fietsenstalling staan, kiezen zij ervoor hun sportieve fietsen pal voor de opgestelde winkel wagentjes te plaatsen. Je kent ze wel, zo’n drie tot vier rijen winkelkarretjes, aan elkaar vast. Uitgebreid zijn ze bezig hun fietsen op slot te zetten waardoor er nauwelijks meer ruimte is om een winkelwagen te pakken. Even later zie ik waarom zij juist die plaats hebben uitgekozen als hun fietsenstalling.
Ze hebben zelf geen kar nodig en wandelen zo de winkel in.