Doniford Farm is één van de vele Brit Stops, waar je gratis, met je camper mag staan voor een overnachting.
Pal aan het Bristol Channel, met prachtige vergezichten, tenminste, als het niet zo “diesig” zou zijn.
De weg ernaar toe mag je gerust sprookjesachtig noemen, tenminste het eerste gedeelte van de tocht.
Als we in een stadje voor een verkeerslicht staan te wachten, ontdekt Ali enorme rookwolken, die uit het witte bestelbusje komen. Onvoorstelbaar veel rook en even denken we dat het een binnenbrandje is. Later ontdekt Ali dat het een zogenaamde “ElektroSmoker” is. Iets waarmee veel Engelsen rondlopen te lurken en een weeïge geur verspreiden.
Vanuit de verte lijkt de Farm een schilderachtig plaatje en kunnen wij onze nieuwsgierigheid nauwelijks bedwingen.
We melden ons in de “shop” en mogen op de parkeerplaats of het zogenaamde “overloop” veldje gaan staan. Overloop, voor als de parkeerplaats vol is, maar het uitzicht is hier mooier, dus doen we dat op voorhand. Uitzicht op alpaca’s, ezels, pony’s , schapen en paarden, met in de verte de Bristol Channel, maar dan in de mist.
Wat zal ik van de Farm zeggen. Thuis hadden we daar een Jiddisch woord voor “Eggenebbisch”. Of in het “plain Dutch” een bij elkaar geraapt zooitje. Of een volledig uit de hand gelopen bijverdienste. Oké, ze hebben veel verschillende diersoorten, van stokstaartjes tot varkens en schapen, koeien, papegaaien, kalkoenen, enzovoort. De groepen geestelijk beperkten, die we voorbij zien komen en kinderen, zullen het ongetwijfeld op prijs stellen. Op de bovenste foto’s de winkel en restaurant, annex Tea Room. De onderste foto’s zijn van de te koop staande spullen. Dat valt allerzins mee, zegt U. Nou ik laat de “Rubbisch Shop” maar niet zien, of de “Shebby Shop” de planten, de betonnen beelden enzovoort, enzovoort.
We gaan wandelen en het moet gezegd, “het is prachtig”, afgezien van het vermoeiende aspect, want er staat ons een lelijke klim te wachten.
Zowel de klim als het uitzicht in één woord, “Adembenemend”. Zelfs Ali kiest ervoor om met de motor aan de afdaling te beginnen.
Maar als ik “zelfs van de Klaproos” geen applaus kan verwachten, heb ik het wel gezien.