Als er geen kerken in de buurt zijn, gaat Hoofd-activiteiten uitkijken naar andere gebouwen, die de oudheid vertegenwoordigen. Geen kerk, dan maar een kasteel en wel in Puyguilhem. Eén klein puntje, het is 20 kilometer verderop. Nu is 20 kilometer in Le Pay Bas, “de Vlakke landen” niet zo’n probleem, maar in een sterk geaccidenteerd land, een compleet ander verhaal. Geaccidenteerd betekent in dit geval “dikke bulten”, oftewel sterk klimmen en dalen, maar we gaan de uitdaging aan.
In één van de straffe afdalingen, knijp ik in de remmen en dat is natuurlijk zonde. Alle energie van het naar beneden suizen omzetten in alleen maar warmte in een paar remblokjes is gewoon stom. Maar dit, bijna Bijbelse plaatje, noopt mij daartoe, want het geeft zo duidelijk weer dat er in bijna iedere familie wel een “zwart schaap” aanwezig is.
Bijna dankbaar, stoppen we bij dit herdenkingsmonument van gefusilleerde dorpelingen door de Duitsers, op 28 April 1944. Dankbaar, omdat we dan even kunnen uitpuffen.
Na 21 harde kilometers, worden we getrakteerd op dit uitzicht.
In Villars is het prachtige Renaissance-kasteel Puyguilhem. Eén van de mooiste verblijfplaatsen uit de tijd van Franse koning Francois I (1515-1547).
Dit kasteel, in de stijl die later zo typerend voor de vallei van de Loire zou worden, vormt in alle aspecten een harmonisch geheel. In 1930 wordt het nog met instorting bedreigd, maar in 1939 door de Franse staat opgekocht om gerestaureerd te worden na de tweede wereldoorlog.
Het kasteel is gedecoreerd met authentieke gobelins (wandkleden), tapijten en meubelen. Verdere kenmerken zijn rijk gedecoreerde zalen met prachtig beeldhouwwerk, onder andere in haarden, trappen en plafonds.
We laten ons trakteren op een rondleiding door een Franse gids, die overigens uitstekend Engels spreekt. Dus steeds als hij de Franse aanwezigen het verhaal heeft verteld, herhaald hij het, in verkorte versie, in het Engels. Let even op de Franse oudere dametjes, die dan demonstratief iets anders gaan doen. Het Engels is natuurlijk met een sterk Frans accent en het “Inspector Clouseau” gehalte is dan ook geweldig aanwezig. “Dus jur dug baite” ( bijt uw hond?) ik moet er steeds aan denken. Ik heb een kleine 30 foto’s in het kasteel gemaakt, ik zal ze U besparen.
Op de terugweg wordt ons beider accu-inhoud nogal kritisch. Als we eindelijk, compleet uitgewoond, bij de camping aankomen, zijn allebei onze accu's schoon leeg. Let wel bij aanvang was er nog 75% acculading, goed voor 90 “vlakke” kilometers. Nu redden we er nauwelijks 42 kilometer mee.
Hoezo geaccidenteerd.
Op verzoek van de eindredactie hier alsnog een aantal opnames uit het kasteel. De uitgesneden koppen zijn die van de vroegste eigenaars van het kasteel. De gobelin (wandkleed) is er eentje van 500 jaar oud.
Dan ook nog twee beddenpannen, om het bed voor te verwarmen. De twee staande apparaten hebben dezelfde functie, namelijk het bed voorverwarmen. Ze werden onder dekens geschoven met in het midden een pot met gloeiende kooltjes. De Fransen noemen dit een “Moine” oftewel een Monnik.