Had ik het eerder al over onze buurtjes, maar het kan allemaal veel gekker. Een paar dagen geleden zegt Hoofd-belevenissen nog: "Ik zie hier maar weinig mensen vissen." Dat klopt inderdaad, terwijl de Weser letterlijk voor de camperdeur ligt. Tot gisteren, als het volgende zich recht voor onze deur afspeelt.
Een fors uit de kluiten gewassen meneer komt zowaar, met een hengel, langs strompelen. Ik zeg strompelen, want op de diepte waar deze visserman door de rivier waadt, ligt het tjokvol met grote en kleine stenen. Dus echt lekker zal het hier niet lopen. Maar er is nog iets vreemds aan deze manier van vissen.
Die hengel lijkt meer op een attribuut om hem een alibi te verschaffen voor een heel andere tak van sport. Want wat hij doet blijft tot op de dag van vandaag onduidelijk. Hij haalt steeds takken van de bodem die hij vervolgens bewaart. Even ben ik van plan hem te vragen wat hij doet, als een nogal bemoeizuchtige heer mij voor is. De "visser" wordt aan een ondervraging onderworpen. Hierbij poneert de vragensteller zijn eigen wetenswaardigheden, zodat de visser bijna alleen maar kan luisteren. Misschien dat ik meneer nog te spreken krijg, als ik hem tenminste herken met kleren aan.
Dan nog even dit. Als wij onderweg zijn kijkt onze oudste zoon regelmatig naar onze post. Een groot gedeelte gaat digitaal, maar er blijft natuurlijk analoge post binnenkomen. Ook hebben wij zelf "kijk" op de post die binnenkomt, middels een camera.
Gister ontdek ik een "vreemd" poststuk in de brievenbus. Hoe langer ik naar de foto kijk, des te meer denk ik, dat het niet oké is. Ik deel mijn zorgen met onze zoon. Die bekijkt ook de foto en komt, op Whatts App, met het volgende idee.
Dan nog even dit. Als wij onderweg zijn kijkt onze oudste zoon regelmatig naar onze post. Een groot gedeelte gaat digitaal, maar er blijft natuurlijk analoge post binnenkomen. Ook hebben wij zelf "kijk" op de post die binnenkomt, middels een camera.
Gister ontdek ik een "vreemd" poststuk in de brievenbus. Hoe langer ik naar de foto kijk, des te meer denk ik, dat het niet oké is. Ik deel mijn zorgen met onze zoon. Die bekijkt ook de foto en komt, op Whatts App, met het volgende idee.
Hij wordt toch wel nieuwsgierig en gesteund door de eveneens nieuwsgierig geraakte kleindochter nemen ze een kijkje, elk gewapend met "een knijper op de neus."
De hilariteit is er niet minder om als blijkt, dat het om een tijdschrift gaat, dat wat vreemd terecht is gekomen.