Gisteravond valt plotseling het besluit “We gaan maandag naar huis”. Allerlei overwegingen liggen hieraan ten grondslag, “het weer”, de camper moet nog schoon” en dergelijke. Het staat onomkeerbaar vast, het einde van ons camper seizoen komt in zicht. Maar laat ik duidelijk zijn, ik klaag niet! Want 8 maanden met haar onderweg, wie kan dat zeggen? Ik duid met “haar” natuurlijk op het campertje, want aan die andere “haar” zit ik 12 maanden vast. Maar nogmaals, ik klaag niet! Ook ga ik niet, al mijmerend, het hele camperjaar nog eens doornemen, daarvoor raad ik U, lezers en lezeressen, aan om op www.hermandevisser.nl alles nog eens rustig na te lezen.
“Vertel Herman, hoe kom je zo’n trieste dag dan door?” hoor ik enkelen van jullie roepen. Wel, terwijl de zuidenwind straf over Hindeloopen staat en de Kite-surfers hoge sprongen maken, stappen wij op de fiets.
Maar het wordt niet zomaar een fietstocht, nee, het gaat vandaag, met deze stormachtige wind, naar Koudum. De naam Koudum is waarschijnlijk afgeleid van col en widum, zodat de naam 'een hoog punt in een bos' zou kunnen betekenen. Tja, je bedenkt soms wat.
Onderweg naar Koudum ontdek ik een vreemd fenomeen, namelijk dit bankje waarbij je, hierop zittend, enkel naar het wuivende riet kan zitten kijken.
Verder ontdekt Ali een bord dat ergens naar verwijst, maar er geen pad naartoe is.
Het dorp zelf ademt een enorme rust uit, wat je ook zou kunnen vertalen naar dodelijk saai. Maar gelukkig komt daar verandering in als Ali opeens oog in oog komt te staan met haar evenbeeld van één jaar geleden.
In de plaatselijke haven, die overigens kortgeleden geheel is gerenoveerd, heerst eveneens een vredige rust. De enige levendigheid wordt geparodieerd door een meerkoet, die uitdagend door de haven heen en weer zwemt.
Zoals de trein staat te wachten op passagiers uit Molkwierum en Koudum, zo zal ik de komende maanden moeten wachten op het volgende jaar. Het volgend jaar, weer vol met plannen voor nieuwe bestemmingen.