Kennelijk is de de copieuze maaltijd, van deze babyboomer, ietsje teveel van het goede, want de maag begint ’s nachts rond 2.30 uur ernstig op te spelen. Rond 6.00 uur val ik eindelijk in slaap. Het is warm, heel warm. De normaal verkoelende werking van de wind, voelt vandaag aan als een warme deken. Na de koffie gaat het, op de fiets, via een omweg richting Franeker, want Jikke heeft de elektrische tandenborsteloplader vergeten.
In Kimswerd passeren we de Laurentiuskerk, tenminste, dat denken we want Ali heeft andere ideeën. Die wil de kerk van binnen bekijken. De eerste kerk op deze plaats dateert van omstreeks 1050. In de 13e eeuw werd het gebouw verlengd met een koor. Een grote brand verwoestte de kerk in 1516. Een jaar later werd hij opnieuw opgebouwd en verhoogd waarbij kloostermoppen gebruikt werden als bouwmateriaal.
Wij, gewone stervelingen, zoeken de schaduw van “Greate Pier” op. Kimswerd is namelijk de geboorte- en woonplaats van Greate Pier. “Bûter, brea en griene tsiis, wa't dat net sizze kin, is gjin oprjochte Fries” is de regel die iedereen, die hij tegenkwam, moest kunnen zeggen. Lukte dat niet, dan ging “de kop eraf”.
Het kerkje biedt een inkijkje in de kunstuitingen vanuit deze omgeving. Hoewel ik mij afvraag of de afbeelding links wel een hedendaagse uiting is.
Bij Jikke en Mink thuis staat de “Passiebloem” in bloei. Terwijl Ali daarvan staat te genieten wordt ze aangesproken door de buurvrouw, die kennelijk de zaak goed in de gaten houdt en vreemde snuiters even op hun af- of herkomst onderzoekt.
Wij zoeken even later weer het pad richting Harlingen op.
Waar ze overigens een vreemde plek hebben gekozen voor het neerzetten van een “Meerpaal”. Misschien is het de bedoeling om daar je auto aan “af te meren”.
In de schaduw van onze campers trakteren we onszelf op een heerlijk koel biertje. Morgen verkassen.