Eigenlijk is het belachelijk dat ik nog als label Denemarken 2015 erboven heb staan, want ik heb het gevoel dat we al weer langer in Duitsland zitten. Maar zo zijn er wel meer ‘belachelijke’ dingen en neem dat belachelijk maar met een korreltje zout. Zo hebben wij een nieuwe overbuurman gekregen. Nou is dat niet helemaal abnormaal,want dat gebeurt wel vaker op een camping. Maar deze buurman heeft een vreemde eigenschap, hij verhuist zijn auto de hele dag en als ik zeg de hele dag, dan bedoel ik dat ook. Om de 2 uur stapt hij in, start de motor, rijdt een kleine 2 meter en stapt dan weer uit en loopt weer terug naar zijn caravan, om halverwege, heel nonchalant, met de afstandsbediening zijn voertuig weer af te sluiten.
Wij onderbreken dit vermaak door even naar Ganderkesee te fietsen om nieuwe broeken, voor mij, bij de Aldi te kopen. Ik maak echt geen grapje. Bij de Lidl slaan we nog wat Hefe Weitzen (Duits Witbier) in en diverse huishoudelijke benodigdheden. Op de terugweg, ondersteund door de navigatie, moeten we een weg oversteken, beveiligd met diverse verkeerslichten. Als we even overleggen over de te vervolgen route, worden we overstemd door een oorverdovend klokgelui. Werkelijk, horen en zien vergaat je en ik krimp ineen. Het is werkelijk bloedheet en ik wil zo snel mogelijk weer naar de camper en nu wordt Ali ook nog eens opmerkzaam gemaakt op een kerk. God beware mij. Er gebeurt niks. Dit moet zoiets zijn als, door een bos lopen en de bomen niet meer zien. Want als het licht op groen springt rijden we gewoon verder. Ik kijk nog eens ongelovig om, “was dat wel een kerk?” Trouwens, met “ongelovig” bedoel ik eigenlijk “met een ongelooflijk gevoel van verbazing.”
Een paar kilometer verderop roept Ali, “Ik wil wel dat je in je blog meldt dat we een kerk hebben overgeslagen.” Met moeite houd ik mijn stuur recht en vlieg ik niet prompt in de droge sloot, naast het weggetje.
De rest van de dag liggen we uitgeteld in de schaduw van de luifel. En voor ons staat deze boom, met daarop een duif. Milan, onze kleinzoon, zou zeggen, nou, “boeie” , maar voor Ali ligt dit geheel anders. Uren, werkelijk uren volgt ze deze duif, die klaarblijkelijk bezig is een nest te bouwen. Let op he, het is 2 juli, dus of die duif is dement, of heeft, als veel oudere mannetjes, nog een enorme ‘drive’. De hele middag zit Ali met de camera paraat om een foto te maken, “Als hij fladderend met een takje in zijn bek” de boom in vliegt. De meeste foto's zijn, of bewogen of zo donker dat je geen duif meer ziet.
Hetzelfde lot is beschoren voor de overvliegende ‘objecten’ die willen landen op het vliegveld in Ganderkesee.