woensdag 17 april 2013

Ònderweg 28

Lagos

Met de bus naar Lagos en weer is het genieten van de vele kinderen in de bus, Ali heeft zich zelfs gehaast om weer de 9.45 u bus te halen. "ik vind het leuk om weer al die kinderen te zien" zegt ze. Dat ik dan moet staan heeft ze geen boodschap aan. Het valt ons op dat er een heel stel kids Engels met elkaar spreekt en Ali is natuurlijk nieuwsgierig of deze kinderen naar de IS gaan (International School) Het blijken gewoon Engelse kinderen te zijn die in Lagos naar school gaan.
Dus het 2e bezoek aan Lagos en dit keer gaan we de oceaan op om de stad en de stranden vanaf de oceaan te bewonderen. We hadden dit de vorige keer niet gedaan omdat de zuidelijke wind de golven nogal opzweepten en dan wordt zo'n tochtje iets minder leuk.
Nu kan ik alle 42 foto's die Ali heeft gemaakt wel in dit verslag plaatsen, want ze zijn allemaal even mooi, maar laten we het beperken tot een paar.

Het begint lekker ontspannen zolang we nog binnen de havenhoofden zijn.
Maar daarbuiten gaat het toch nog lekker te keer. Zo nu en dan komt er een hoge golf onze kant op.
 En  als je dan langs de kant vaart, zie je deze golf op de rotsen slaan.

Een dergelijke golf vult dan een grot tot aan boven en dan is het zaak om zeker te zijn dat er geen golf komt als je zo'n  "Cave" binnenvaart.
Als Ali en ik elkaar betekenisvol aankijken stelt de bootjesman ons gerust. Hij let wel op, is zijn commentaar.
Ook lepelt hij gedurende de tocht van een uur allerlei namen op van grotten en  strandjes, waarvan sommige prachtig verscholen liggen en als privé strand gebruikt kunnen worden, die kennelijk ook allemaal een naam moeten hebben.

De ene rots lijkt op een olifant een tweede op een kameel etc.
Het blijft enerverend om tussen de rotsformaties door te varen en overal de bodem in het zicht te hebben. "If joe dont no de wee, joe sail on de cliff" is zijn rustgevende commentaar in Portugees Engels. Dat vermoeden hadden wij allebeide al wel.

Enorme rotsformaties rijzen op uit de oceaan, maar ook kleinere, die net boven  het water oppervlakte uitkomen, of net onder water verscholen blijven.

Omdat wij redelijk op tijd zijn en we het eerste bootje hebben genomen is het relatief rustig in en om de grotten.
Op de terugweg is dit wel anders, het krioelt werkelijk van de kleine motorbootjes met 2 of meer gasten aan boord.
Maar ook complete zeiljachten kiezen het ruime sop om hun gasten te gaan trakteren op dolfijnen. Deze gasten dienen dan wel, midden op de oceaan, over te stappen op een kleiner bootje, om zo de kans te vergroten dat ze echt dolfijnen te zien krijgen.

Na de tocht hebben we nog heerlijk verse vis gegeten in 1 van de ontelbare restaurantjes die het stadje rijk is. Het is een fantastisch stadje waar veel mogelijkheden liggen voor een langer verblijf.
Het enige nadeel is misschien de vele Engelsen, die dit mooie oord ook hebben ontdekt en waardoor je in winkeltjes en restaurants zonder mankeren in het Engels wordt aangesproken.

Morgen naar Sagres het meest Zuid-Westelijke puntje van Europa.