Vanmorgen is het eerst zingen voor een jarige camperaar, waarna het in de busjes gaat om naar Hettusa te rijden of Hattush. Dit is een oude Hattische stad, die de hoofdstad van het koninkrijk der Hettieten werd. Het ligt bij het huidige Boğazkale.
We krijgen een rondleiding van de burgervader van het dorp zelf, alleen jammer dat hij op jonge leeftijd iets te lang op zijn duim heeft gezogen. Ik beweer niet dat hij alles uit zijn duim heeft gezogen, maar zijn uitspraak van zijn Engels doet dat vermoeden.
Combineer dit met een vreemde woordenkeus, waarin de onderwerp-woorden vaak worden herhaald, dat maakt dat hij moeilijk te volgen is.
Dit is de Hattusa Lion-Gate. Tegenwoordig is de linker leeuw een beetje kitscherig gerestaureerd en rechts het hiëroglief van een koning die achter een groot hek wordt bewaard.
De trap genaamd de RampArt. Hierdoor konden de soldaten op het hoogste punt komen ter verdediging van hun fort en rechts Yazillikaya’s 12 goden.
Het voert te ver om de geschiedenis van de Hettieten hier te herhalen, maar ze leefden zonder Islam en/of Christendom en ze hadden hun eigen wetten. Totdat de Egyptenaren hun stad binnenvielen. Ook in de bijbel wordt er uitgebreid over de Hettieten gesproken. (Voor verwijzingen naar de Hettieten in de bijbel zie onder andere: Gen. 10:15; 15:19-21; 23:3-20; 26:34; 36:1-3; Num. 13:29; Jozua 1:2-4; 3:10; 1 Kon. 11:1; 2 Kon.7:6-7; 2 Kron. 1:17; Ezek. 16:3)
Na deze rondleiding, die overigens, soms droog, soms kletsnat verloopt,
(let ook even op dat kleine beeldje op het rotsblok. We worden constant achtervolgd door verkopers met dit soort beeldjes, die ze overigens zelf maken met een zakmesje. Onze chauffeur geeft ons hiervan een demonstratie).
gaat het naar een Koerdisch magazijn, waar kleden aan de man worden gebracht. Sommige medereizigers hebben, of genoeg van kleedjes, of vinden de situatie waarin ze gebracht worden bij zo’n demonstratie vervelend, omdat ze het idee hebben dat ze moeten kopen. Wij daarentegen vinden dit prachtig en genieten van de verschillende kleden, met alle gevolgen van dien.
s ’middags laat ik verstek gaan, maar Ali waagt haar leven door af te dalen in een kloof om daar verschillende hiërogliefen te fotograferen. Later bezoekt ze een museum, alwaar ze haar hobby kan botvieren, namelijk begraafplaatsen en de daarbij behorende grafstenen.
Morgen gaat het naar Golbasi; van daaruit kunnen we Ankara bezoeken. Een rit van 230 km en een geplande reistijd van 3.5 uur.