Vergeet ik gisteren helemaal te vertellen dat het gelukt is een plek te reserveren op de camping in Benidorm. Ik verzamel alle moed en begin het hele verhaal weer in te vullen en neem van mij aan "dat is veel." Dan komt het moment suprême, de betaling. Hij blijft angstaanjagend lang draaien.... en dan opeens.... betaald!!! Dus ons verblijf voor de volgende maand is ook geregeld.
Maar nu komt er een minder leuk bericht. Er is een wisseling in de ziekenboeg. Eigenlijk voelt Ali zich al een aantal weken niet hele maal "comme il faut", niet helemaal zo het hoort. Veel hoesten, rugpijn en een beetje slapjes. Vanmorgen in het zwembad worden we ruw onderbroken door een grote groep vrouwen. Ze liggen amechtig, in het bad, te wachten op hun Aqua Jogging begeleidster, die vanmorgen "Fashionably late" is. Op de vraag van een jogging deelneemster of Ali ook mee gaat doen geeft ze te kennen dat ze zich ziek voelt. Voor mij is dat alleen al een teken dat het nu "echt" niet meer goed gaat.
Dus kruipt ze weer in bed, met haar onafscheidelijke boek. Ik tover toch maar even de thermometer tevoorschijn, tenminste, dat moet ze zelf doen, want die ligt onder het bed waar ze nu in ligt. Het is voor mij weer een les in nederigheid, want nu ervaar ik weer wat zij, zo de dag door, allemaal doet. Waterflesjes vullen, lunch klaarmaken, stoelen klaar zetten, lunchspullen opruimen, afwas doen enzovoort, enzovoort.
Vanmiddag probeert ze nog wel, in de zon, even de aanmaak van Vitamine D te stimuleren. Nu weet ik niet of haar hormoonstelsel nog een oppepper behoeft, maar een extra beetje Endorfine (geluk hormoon) kan natuurlijk nooit kwaad.
Voordat ik het volgende verhaal oplepel, moet ik even de situatie, waarin wij staan uitleggen.
Onze afscheiding met de weg bestaat uit een heg van de levensboom (een geslacht van coniferen uit de cipres familie), waardoor wij, gelukkig, geen vrij zicht op de weg hebben en omgekeerd uiteraard.
Als ik buiten zit te lezen, hoor ik een Duitser, aan de andere kant van de heg, op een nogal agressieve manier aanwijzingen schreeuwen. Als ik opsta, staat er iemand, iets in de richting van het tegenoverliggende straatje (Calle) te roepen. Aan het eind van het straatje, komt een mevrouw met een caravan aanwandelen, natuurlijk met behulp van een afstandsbediening. In het jargon heet dat een "Mover". "Nach links" en even later "Nach rechts", "Gradeaus" (rechtuit), "Beeil Dich" (schiet op) schreeuwt de man steeds, terwijl de mover echt niet sneller kan. Als mevrouw de bocht zal nemen worden de scheld kanonnades steeds erger en gaan gepaard met een agressie die mij zelfs bang maakt. Mijn grote broer heeft mij al eens gewaarschuwd, "vandaag of morgen...." Maar ik kan het vernederen van die mevrouw niet langer aanzien. "Wenn Du es selbst besser kannst, warum tust Du es nicht selbst", (Als je het zelf beter kan, waarom doe je het dan ook niet zelf) bijt ik hem toe. Hij kijkt mij verschrikt aan. "Ik kan niet tegelijk voor en achter kijken", is zijn uitvlucht. "Aber man kann es auch freundlich sagen" (je kunt het ook vriendelijk zeggen). Mevrouw, die kennelijk mijn opmerking heeft gehoord en zich gesterkt voelt, fluistert, "nein, das kann Er nicht" (nee, dat kan hij niet).
Ik vraag mij in alle angst af, hoe deze meneer haar behandelt als de voordeur dicht is.
Als ik dit zit te tikken, hoor ik het geruststellende geluid van een slapende Ali.