Het is zo’n dag, waarbij ik het vermoeden heb, dat iemand de zon heeft verstopt. Als er dan ook nog eens een Noordenwind staat blijft er van de 17 graden op de thermometer weinig meer over.
Ik denk dat Piet Paulusma dit als een ‘gevoelstemperatuur’ van 14 graden zou omschrijven.
Nadat je “Koffietijd” hebt gekeken, pak je een boek en kruip je weg in je favoriete hoekje. Bij ons is dat pakken van een boek eigenlijk een E-Reader, voor de digibeten onder ons, dit is een elektrisch apparaat waarbij je niet bladzijden omslaat maar met je vinger over een scherm veegt voor een nieuwe pagina. We hebben ongeveer 9.115 boeken bij ons, dus we kunnen even vooruit.
Op het einde van ons ‘straatje’ is een plekje vrij gekomen en geregeld komen er echtparen even kijken. Het plekje is wel leuk, alleen de weg ernaar toe is een beetje aan de smalle kant. Zeker als je over een grote camper beschikt is het indraaien kennelijk een hele toer. Een Frans echtpaar is nu voor de vierde keer aan het kijken, waarbij meneer steeds pasje voor pasje aan het beschrijven is hoe hij gaat rijden. Hij komt hierbij tot de ontdekking, dat onze schuinoverbuurman zijn parasolstander en een bloembak in de weg heeft staan. De Fransman vermoedt namelijk dat hij gebruik zal moeten maken van het stukje kunstgras van de Duitser. Van onze naaste buurman, ook Duitser, wordt verwacht dat hij even aan schuinoverbuurman mededeelt, dat zijn bloembak en parasolhouder dienen te verdwijnen. Schuinoverbuurman wacht alles rustig en gelaten af en laat alles zoals het is. Na twintig minuten zie ik het Franse echtpaar, op een andere plek, in conclaaf met iemand anders. Hun camper staat blokkerend scheef geparkeerd en meneer is weer zijn route aan het uitmeten.
Ik krijg de opdracht schoenen aan te trekken, want we gaan wandelen.
De camping Rio-Mar ligt pal aan het strand en met een zogenaamd ‘plankier’ bereik je het strand. Ik stel me dit zomers voor: ligstoel mee, koelbox gevuld met tintelfrisse blikjes en genieten van alles wat er om je heen gebeurd.
Nu is het een eenzame visser die zijn avondmaal bij elkaar probeert te sprokkelen,
uit de aanstormende Middellandse zee. In de verte ligt Denia, maar daarover later meer.