vrijdag 14 september 2018

Vollenhove 4


Lopende de ochtend veranderen de plannen van een fietstocht in een bezoek aan het pittoreske dorp Giethoorn.

DSCN7696 (800x450)

Ik denk dat het 25 jaar geleden is, dat ik hier voor het laatst ben geweest. Het is met het bezoeken van Giethoorn een beetje hetzelfde als Volendam bezoeken, je moet het eens, of in mijn geval, tweemaal gedaan hebben.

Giethoorn was een nederzetting van veenontginners. Naarmate de ontginning door de eeuwen vorderde werd het dorp oostwaarts verplaatst. De grachten waren aanvankelijk gegraven voor de afvoer van turf, maar kregen meer en meer betekenis voor de landbouwbedrijven. Daarnaast kwamen ook de typerende hoge bruggetjes. Deze moesten hoog zijn om in de boot staande punteraars en hoog met hooi beladen boten onbelemmerde doorgang te kunnen verlenen. Tegenwoordig worden, door de vele toeristen, allerhande elektrisch voortbewogen bootjes gebruikt en wordt er nauwelijks nog gepunterd.

DSCN7700 (800x450)

Vandaag de dag wordt het dorp overlopen door toeristen. Het overgrote deel zijn Japanners, die continu bezig zijn zogenaamde Selfies te nemen.

DSCN7693 (800x450)

Deze compromitterende foto wordt door Hoofd-fotografie gemaakt, als ik een foto met het toestel van één van de 4 Nederlandse dames probeer te maken in een elektrische punter. De wal is nogal scheef en glad en het water bijzonder dun en nat.

Vanaf de jaren zeventig van de twintigste eeuw raakte Giethoorn in trek als woonplaats voor beroemde Nederlanders. Acteur Rijk de Gooyer was daarin de trendsetter. In 1974 ging overigens de woonboerderij van Rijk in vlammen op.

IMG_20180914_140325 (450x800)

Een standbeeld van Albert Mol herinnert aan zijn rol in de film Fanfare van Bert Haanstra. De film speelt in het fictieve dorpje Lagerwiede, maar is in werkelijkheid Giethoorn.

IMG_20180914_135454 (800x450)

De bultrugboerderij is kenmerkend voor Giethoorn. De boerderij lijkt een bult te hebben doordat de schuur hoger is dan het woonhuis.

IMG_20180914_144431 (800x450)IMG_20180914_144830 (451x800)

Na anderhalf uur door het dorp gewandeld te hebben is het hoog tijd voor een versnapering. We komen terecht bij café restaurant t’ Vonder. Ik laat mij verleiden door een broodje tonijnsalade en dat had ik beter niet kunnen doen. Als ik een hap wil nemen, kom ik met geen mogelijkheid door het broodje. Ik vraag aan de bediening een mes, “waar ik wel mee door het broodje kom”. Het bedenkelijke gezicht voorspelt geen goeds en ik vermoed dat ze, of de kwaliteit van de messen in twijfel trekt, of die van het broodje. Inderdaad, het tweede exemplaar moet het ook afleggen tegen het broodje. Het uitzicht vergoedt veel maar het broodje gaat “uit het knuistje”.