dinsdag 6 september 2022

Bourtange 2

Gisteravond leveren de overdrijvende luchten een spectaculair beeld op en luiden andere weersomstandigheden aan. Als de donder zich ook nog openbaart komt de dreiging wel heel dichtbij.
Bij bestudering van de verdere verwachtingen, vindt Hoofd-meteorologie het allemaal best meevallen. 

De "haven" van Bourtange ligt er ondanks de dreiging vredig bij en genieten de "bewoners" van de oorverdovende rust. 

Ik verbaas mij er overigens Überhaupt over het aanwezig zijn van een haven in Bourtange. Want waar moet je naartoe, tenzij je de grachten rond de vesting een aantal keer wil ronden.

 "Wat doen jullie zoal de hele dag in zo'n klein campertje?" Het is een vraag die regelmatig langskomt, vaak van collega's of oud collega's. Nu begrijp ik wel dat voor veel mensen 12 m² met z'n tweeën delen claustrofobische beelden oproept, maar wij doen het ermee. Nu is het natuurlijk wel zo dat we veel "buitenshuis" doorbrengen waarvan de fietstochtjes, in de omgeving, een groot deel uitmaken. "Peddelen jullie dan een beetje in het rond, daar is ook niks avontuurlijks aan, toch?" 

De bovenstaande foto geeft wel aan dat wij ieder gevaar trotseren op onze tochten en niets uit de weg gaan.

Wat te denken van dit monsterlijke gevaarte, die in opperste paraatheid klaar staat ons aan te vallen. (sorry voor het wazige beeld, ik droeg mijn zonnebril). Maar hij blijft staan, dus hebben we geluk.

Natuurlijk komen we onderweg ook interessante onderwerpen tegen. Zo hebben de bewoners van dit huis er voor gezorgd dat ze het geluk ook aan hun zijde hebben. Echter.........

De "Mare" gaat dat het wel van belang is hoe dat gebeurt. De juiste wijze is met het open gedeelte naar boven, in een U-vorm. Zo vangt men het geluk, dat van boven komt, op. Andersom zal het ijzer dat niet doen, sterker nog: er wordt gezegd dat dan het geluk eruit loopt.

Nog even de (enige ware?) oorsprong van dit hoefijzer verhaal;

Het hoefijzer als geluksbrenger wordt meestal toegeschreven aan Sint Dunstan, de heilige van de smeden. Deze Dunstan, een 10e eeuwse smid in het Zuid-Engelse Baltonsborough, zou bezoek hebben gekregen van de duivel. Dunstan moest voor het paard van de duivel een nieuw hoefijzer smeden. De smid kneep de duivel echter met een hete tang in zijn neus en nagelde het hoefijzer aan de voet van de Boze, die het uitschreeuwde van de pijn. Pas toen de duivel beloofde nooit meer door een deur te gaan waar een hoefijzer boven hing, liet Dunstan hem los.